In het Deltagebied zijn plevieren en sterns sinds 1950 als broedvogel sterk in aantal afgenomen. Mogelijke oorzaken zijn verlies van broedareaal, vegetatiesuccessie of de toegenomen recreatie. Het Rijksinstituut voor Kust en Zee heeft de zorgwekkende ontwikkeling aan de hand van vier hypothesen nader onderzocht. Hierbij is gebruik gemaakt van langjarige meetreeksen van broedvogels en van metingen aan de vegetatiebedekking. De successie van de vegetatie lijkt de grootste boosdoener te zijn, en in de zoete Delta meer dan in zoute milieus. De auteurs pleiten voor doordacht 'tuinieren'; herstel van de natuurlijke dynamiek of 'kunstmatige oplossingen'.
Alle informatie in het Integrated Marine Information System (IMIS) valt onder het VLIZ Privacy beleid